Betoverd door Myanmar: week 6 tot 9

6 november 2010 - Bangkok, Thailand

 

Dit is reizen, denk ik bij mezelf. We zitten aan een rivier in Hsipaw, en lezen wat. 't Is te zeggen, Els leest haar zoveelste boek en ik probeer me bezig te houden door wat te schrijven. Beginnen in een boek lijkt een onmogelijke opdracht voor me. Als je me vraagt naar onze tijd hier in dit land ga ik het niet hebben over de vreemde waas die de politieke situatie over dit land werpt (1). Dan zeg ik ook niets over hoe gladgestreken en nieuw de dollarbriefjes moeten zijn, die je hier binnenbrengt (2). Over het spoornetwerk dat dateert vanuit de British Era en bijgevolg in staat van ontbinding is, heb ik het ook liever niet (3). En al helemaal niet over een busrit die je zelf liever niet had meegemaakt (4).
Dan vertel ik je liever dat er niets te vertellen valt, dat je naar ginder moet om het zelf te voelen. Je te laten betoveren. Kom dan terug en overtuig mensen hetzelfde te doen. Ze zouden er nog doller-gelukkig door worden, die stralende Birmezen. Omdat een mens nu eenmaal niet gelooft in sprookjes en ook (be)toveren liever aan de plaatselijke geesten ofte nats toeschrijft, doen we toch een poging het onbeschrijfbare te beschrijven, wetend dat het mijlenver verwijderd blijft van hoe het voelt er zelf te zijn (5). Een impressie.

1. You cannot fight a crazy man
Terwijl ons "motherland" nog steeds op de sukkel is met het vormen van een regering maken de Birmezem zich klaar om morgen de eerste keer te gaan stemmen in 20 jaar.
Wij, die ons doorgaans niet echt bevoegd voelen tot het voeren van politieke gesprekken, ontmoeten op onze doortocht een paar Birmezen die maar al te graag hun hart luchten over hun Government. We krijgen we een beeld van een regering die los staat van haar volk, 2 werelden in 1 land.
Trickshaw-driver in Mandalay
We ontmoeten deze man voor ons hotel en onderhandelen een prijs om ons naar verschillende bezienswaardigheden te brengen.
Jane neemt plaats naast onze driver en al snel raken ze aan de praat. Ik ga achterop. Tijd om eens uit te zoeken hoe dat nu zit met die kraaknette dollars... Blijkt dat dat geld aan het einde van de rit aan de government verkocht wordt voor hun aankopen in het buitenland. Vooral China dus. Ja maar waarom moeten ze brandnew zijn? Waarom?
"Crazy government makes crazy rules." Later bedenken we dat die regels goed uitkomen natuurlijk want op die manier kan je goedkoper geld aankopen dat je nadien in het buitenland weer in zijn originele waarde spendeert...Snappie? Over de aankomende verkiezingen is hij gelaten: de partijen zijn gewoon afsplitsingen van de huidige regeringspartij met een andere naam. Hij heeft er geen idee van hoe het praktisch zal verlopen want het zal de eerste keer in zijn leven zijn dat hij moet/mag stemmen. Stemplicht of recht, ook dat weet hij niet.
Waarom komen mensen niet in opstand? You can not fight a crazy man.

Win Kyan Keymaster in Old Bagan
Tweede dag in Bagan fietsen we naar minder bekende tempels en ontmoeten we Win Kyan, keymaster van een tempel. Hij is verantwoordelijk voor het openen van de tempel, een ambtenarenjob, en verdient hiermee 20 euro per maand en dat terwijl een soldaat 400$ verdiend. Hij nodigt ons om 's avonds bij hem te komen eten, wij zeggen ja! Die avond pikt hij ons met zijn brommertje op en Azie-gewijs tuffen we met z'n drietjes naar z'n stekje. Gezien zijn vrouw moet werken stelt hij voor op restaurant te gaan, hij tracteert. Wij voelen ons daar niet zo goed bij, maar hij weigert ons te laten betalen. Hij is 53 maar als hij lacht lijkt het alsof er in z'n ogen een jongetje van 7 zit, zo onbevangen...totdat dat het woord government valt en hij schichtig om zich heen kijkt. Hij zet het gesprek op fluisterende toon verder.
Over dat hij niet begrijpt waarom er zo een groot leger is. Dat hij niet weet waarom hij belastingen betaalt aangzien er noch gezondheidzorg, noch goede wegen zijn. Hoe het komt dat iedereen zo arm is terwijl Myanmar edelstenen en teakhout en oliebronnen bezit. We doen weer een poging om te achterhalen waarom de regering dollas wil. Om veel wapens te kopen heeft regering dollars nodig. "Wat moet er in Myanmar veranderen?", vragen we. De regering, is zijn korte replay.

Chyi gids in Kalaw
Op de 2e dag van onze trektocht eindigden we in een Shan dorpje en schuiven, aan het winkeltje van de plaatselijke schooljuf,
onze benen onder tafel met een Birmees biertje. De gelegenheid om ons politieke beeld weer wat te verruimen. Hoe zit dat met de stemming op het platteland? Een paar weken geleden moesten alle dorpsbewoners zich melden in het klooster alwaar ze met een nummer op de foto moesten. De meesten zullen dan ook Daensgewijs stemmen voor diegenen die hen aanspreken op dat moment.
Vele mensen zijn onwetend of willen het niet weten. Het is al moeilijk genoeg om te overleven. De boeren hier mogen de gronden gratis bewerken maar moeten wel 20% van hun inkomsten aan de staat geven, hier en daar een mislukte oogst in de boekhouding inschrijven is dan ook een noodzakelijke vorm van zwartwerk. "Waarom", zegt Chyi, "zou ik belastinegen betalen als ik er niets voor terug krijg?" Over de reden waarom toeristen niet naar sommige gebieden mogen reizen zegt de regering dat dat ter onzer bescherming is want die onderontwikkelde volkeren in die gebieden zouden onze veiligheid wel eens kunnen bedreigen...Chyi lacht wanneer ik deze reden naief aanneem. Misschien zijn er wel dingen te zien die geheim moeten blijven en hij doeld op een heel kernwapen-arsenaal...Maar WAAROM? Wij begrijpen hoe langer hoe minder van dit vriendelijke volk dat in niets lijkt op zijn heersers.

Mister Anthony gids Mawlamyine
Deze man van 68 werkt in het guesthouse en op z'n vrije dagen klust hij bij als gids want volgens hem hebben Birmezen niet het gewiekste bussiness-instinct van de Chinezen waardoor ze dus lang moeten werken. Ook hij vervalt van een lachende met pretoogjes opgewekte man in een diep teleurgestelde tristesse als hij mij even appart neemt en fluistert;
You have to tell me why the United Nations are not helping us, they have been talking for so long, they have to fight our government...

Deze en vele andere dingen vertelden ons de locals, die maar al te graag laten weten aan de wereld hoe het met hun land gesteld is. Opvallend is dat elk van hen plots schichtig om zich heen begint kijken, en het stemvolume heel wat dempt, vanaf dat het gesprek in een politieke richting gaat.
En wij denken terug aan "You cannot fight a crazy man" en "the world should come and help us". Dit werden catchphrases in de letterlijke zin van het woord. ... en hopen dat alles goedkomt.

2. Niet zomaar een dollar
Aangezien alle buitenlandse banken zich sinds het boycot hebben teruggetrokken rest er ons niet anders dan ons reisbudget cash het land binnen te brengen. Zo wordt het ook voorgeschreven door de Lonely Planet. Gewapend met de wetenschap dat Birmezen enkel spik en span splinternieuwe dollar biljetten aanvaarden schuimen we in Kathmandu elk wisselkantoor af en weigeren de minste kreuk, niet zonder reden zo blijkt op onze eerste dag... De guesthouse waar we verblijven,The Motherland Inn, wordt in de Lonely Planet omschreven als de ultieme plek om in Yangoon te verblijven met ultra-behulpzaam en vriendelijk personeel. Inderdaad. We moeten toegeven dat het welkomstteam, 10 breedsmilende meiden, voor het ontvangen van slechts 6 nieuwe hotelgasten oveweldigend is, voeg daarbij nog een verse lemonjuice en ook wij vallen voor dit guesthouse.

De volgende dag vragen we of het mogelijk is geld te wisselen. "Sure, of course", glimlachen alweer 6 meiden van achter de receptie. De wisselkoers is het hoogst als we 100 $ biljetten geven, wat we dan ook doen...Ons geld wordt aan een nog nooit geziene inspectie onderworpen, 2 biljetten doorstaan de test maar 1 biljet wordt na beraadslaging aan ons teruggegeven.
Do you have another one? Blijkt dat de neus van de afgebeelde gezaghebber een kleine, microscopische slijtage vertoont waardoor de waarde van het geld met 2 euro werd gedevalueerd.
Wij weigeren deze beroerde rate te aanvaarden en de manager wordt er bijgehaald. Ook zij beslist ons biljet niet te delibereren en de vriendelijke glimlach wordt terstond een koppige weigering. Op de vraag waaom antwoordt ze met enige norsheid: omdat zij op de blackmarket ook een lagere wisselkoerst zal krijgen voor die kreuk in de neus van meneer de president. Case closed.

3. Lucky Money?
Het meest gehoorde zinnetje wanneer locals je proberen naar hun standje te lokken. Pijnlijk bij momenten want je weet dat elke cent voor hen inderdaad lucky money is, nog meer dan ergens anders. Want het contrast met de weelde en de rijkdom van elk regeringsgebouw is duidelijk aanwezig. Schrijnend aanwezig.
Myanmar, een land waar geld is om onnodig een splinternieuwe hoofdstad te bouwen en halsoverkop alles naar daar te verhuizen, chique, lege huizen te bouwen en die 24/24 te verlichten, voor de mosquitoes die er (misschien) in wonen. Enkele naieve zielen geloofden dat er ginder geld te verdienen viel met kleine shops open te houden, verhuisden mee, en kwamen als snel bedrogen uit. De nieuwe royal capital Nay Pyi Daw is een lichtgevende spookstad. Geen toerist die er komt (tenzij je op een duurbetaalde, compleet georganiseerde tour enkel in de government-hotels gaat slapen). De geldverkwisting druipt eraf.
Geld voor weelde, en om de regeringsmensen te verrijken, maar niet voor hun bevolking. Die moet maar liefst 20 procent afstaan van de inkomsten die ze hebben. Maar in ruil hiervoor komt er geen gezondheidszorg, goeie wegenbouw, sociale zekerheid, niks. Geen geld om de bevolking van genoeg electriciteit te voorzien, maar wel om 1 onbewoonde stad voortdurend te verlichten. Een land van tegenstellingen, blijkt al gauw.
Geen geld om bruggen te herstellen, zodat die niet instorten als er een British Era-trein over rijdt en zo 100 mensen de dood indrijft. Toen we dit hoorden besloten we geen enkele trein te nemen in dit land.
Geld verdiend door toeristen veel te laten betalen op de populairste toeristische attracties. Maar er hangt bloed aan dat geld, want hiervoor moesten mensen wegen aanleggen in forced labour en werden dorpelingen verdreven uit hun daarna gesloopte dorpen, omdat er geen locals mochten leven waar toeristen de mooie tempels van Old Bagan kwamen bezoeken. Dit soort situatie schept de waas waar ik het over had. De verhalen die je hoort, zijn zo tegengesteld aan de jovialiteit van de mensen. Die tegenstelling maakt het pijnlijk. Maar nog pijnlijker zou het zijn als we allemaal en masse zouden wegblijven uit dit land.

4. Gone with the wind
23 oktober 4u in de ochtend: we wrijven de slaap uit onze ogen en brengen onszelf in gereedheid om de bus te nemen naar Kalaw. Gepakt en wel zitten we om 4u30 voor onze kamer te wachten op de pick-up van de bus tot plots de stroom uitvalt en de zachte bries een soort stormachtige gedaante aanneemt.
We krijgen een zaklamp aangeboden van het hotel en de melding dat de bus ws later zal zijn wegens de wind...

2 uur zitten we sardientjesgewijs in ons klein met toeristen en locals volgestauwde busje. Nog maar 10 minuten weg en we zien in de verte, aan de rechterkant van de weg, een andere bus staan, onze stuntman chauffeur denk dat het gaat om een voor zijn snelheid veel te traag voertuig dus hij wil hem langs links voorbij steken, de kant van een betonnen borduur, wij houden allemaal onze adem in want dat is te SMAAAL! En met een enorme klap staan we stil, gesandwicht tussen borduur een stilstaande bus omdat er een boom over de weg lag. Gezien de weinig materialistische houding der Birmezen wordt er zelf niet gekeken naar de krassen en afgerukte spiegel en nadat onze buurman achteruit is gereden (waarbij hij even de andere bus nog eens mee had ook!) gaat onze rit verder en nu al spookrijdend om het obstakel te kunnen omzeilen. Dit ritueel zulen we vandaag meermaals herhalen aangezien niet alleen bomen maar ook electriciteitskabels de weg versperren...Een paar dagen later horen we dat er een cycloon Giri geweest was en dat ook Thailand en Indonesie deze hebben zien passeren.

5.Same same, but different: The land of the 1000 smiling faces
Myanmar,
Het land van de vriendelijke altijd hartelijk lachende bevolking
Het land van de gouden pagodas
Het land van monniken van 1 tot 100 jaar
Het land van de nat-geesten die mensen kunnen laten verdwijnen
Het land waar een ricshaw een tricshaw heet en iets weg heeft van een sidecar (saika in 't Birmees)
Het land waar de mannen een longyi dragen (lange rok)
Het land waar de vrouwen geel poeder op hun gezicht aanbrengen tegen zon en andere ongemakken
Het land waar een chinese zonnehoed trendy is
Een land waar de bewoners trots op zijn - "Thank you for visiting our country"
Een land dat nieuwsgierig vragen stelt over de wereld aan de andere kant van hun grens.
Myanmar is vrolijk en lacht voortdurend, komt je ter hulp als je met je flipflops diep in de modder bent weggezakt, biedt je water aan om je te wassen. Het pakt je en ontroert. Het schept je letterlijk "a home away from home".
De Birmezen lijken vrolijker dan welk volk ook, zingen luidkeels mee met plaatselijke varianten van overjaarse Europese hits. Ze zijn zo fier op hun land, maar lijken te berusten in hun noodlottige situatie. Ze heten je welkom in hun land en willen dat je vooral het goede onthoudt. En doorvertelt.

 

Foto’s

6 Reacties

  1. Tuur en Ruth:
    6 november 2010
    Wat een "pakkend" verslag, Jane en Els ! Die politieke situatie ginder moet echt verschrikkelijk zijn, amai. Groetjes !

    N
  2. ria:
    6 november 2010
    Amai, nog eens al de diafoto's na elkaar bekeken...indrukwekkend en 't is nog maar de 3e maand die start. Bedankt voor de vlotte verslaggeving,we leven mee en genieten ervan...volhouden Ria
  3. Paul Aerts:
    6 november 2010
    Boeiend! Myanmar is inderdaad een actueel thema omwille van de verkiezingen. Ik denk dat kranten geld willen geven voor dit artikel!
  4. mama:
    7 november 2010
    was blij jullie te horen
    tof was de kluts kwijt
    maar het gaf mij toch een geweldige oppeppeper
    liefs ma
  5. ruth:
    14 november 2010
    Renee:Ik hoop dat jij ook terugkomt en ik hoop dat je niet te laat bent op Rachelle's feestje. Fran en ik zijn dikke vrienden en elkaar en we tekenen ook supergraag.Tot de volgende keer. Ik vind het ziekenhuis in India niet zo mooi. Renée
    Rachelle:Waarom was je klein beetje ziek? Vertel het dan als je hier bent. Soetkin is m'n beste vriend, daar speel ik veel mee.Sint Maarten is gekomen. Ook naar jou? Bedankt voor de vlaggetjes.Rachelleke
  6. Kathia:
    30 november 2010
    Ontroerend en boeiend verslag, dank je! Bovendien prachtig geschreven. Ik kijk uit naar het volgende verslag, dat wellicht ook heel aangrijpend zal zijn. Dikke kus!